Op 2 april van dit jaar schrijf ik al twintig jaar elke dag een brief. Ik schrijf met de hand op een stuk papier, of op een tentoonstellingskaartje, of op een tekening van mijn zoon. Elke dag schrijf ik er een, stop hem in een envelop, sluit de envelop, plak een postzegel en stuur hem naar hetzelfde adres.
Twintig jaar lang komen mijn brieven op hetzelfde adres in Rotterdam aan en van daaruit heeft een vriendin van mij, Margot, er ook elke dag een geschreven om het naar mij op te sturen. Dit betekent dat ik voorlopig bijna 7.300 brieven van haar heb (in schoenendozen, één voor elk jaar) en op 2 april van dit jaar zullen zij en ik de brief schrijven die 7.306 telt. En de volgende dag zal ik degene schrijven die 7.307 telt en alles zal doorgaan, neem ik aan, totdat een van de twee er niet meer is. Omdat het na twintig jaar elke dag hetzelfde doen, heel vreemd zou zijn om ermee te stoppen.
Soms maken we grappen over wat de postbodes die al die jaren onze brieven hebben bezorgd van ons zullen denken. Degenen die bezorgen, zien alleen hoe de brieven bij mij of bij haar aankomen, maar ze zullen niet weten dat van hetzelfde adres ook brieven uitgaan. Op het postkantoor hier, omdat ik in een relatief klein dorp woon, is de kans misschien groter dat iemand die er werkt, heeft opgemerkt dat zowel brieven aankomen als uitgaan vanaf mijn adres. Ik kan me voorstellen dat in Rotterdam niemand het gemerkt heeft.
Misschien is de vraag die mij het meest gesteld is bij het uitleggen van dit kleine project: waarom? Waarom doen we het? En misschien is dat het moeilijkste om te beantwoorden. Nu doen we het omdat we het altijd hebben gedaan. Maar, toen we begonnen, waarom deden we het toen we begonnen?
Het begon allemaal met een ander project van mij, een heel ander project. Een tijdlang, rond het jaar 2000, vroeg ik iedereen die ik tegenkwam me een brief te sturen die ik nooit zou openen. Het was een manier om het communicatieve feit in twijfel te trekken (als je het nooit gaat lezen, niet jij noch niemand anders, waarom zou ik het dan schrijven?). En aan de andere kant, het vertrouwen in twijfel trekken (geloof je echt dat ik het nooit zal openen?).
Nou, toen ik Margot vroeg om een brief te schrijven voor dit project, had ik haar nog maar net ontmoet. En ze deed mee een tegenvoorstel: deze brief die je van me vraagt, ga ik je wel schrijven, natuurlijk, maar ik wil je ook een brief schrijven die je wel opent, en ik wil er je elke dag één schrijven, en ik zou ook willen dat jij het ook doet. En ik zei ja. Wat had ik anders kunnen zeggen?
Zoals ik op de post Waarom schreef, gaat deze blog over twee zeer verschillende thema's: schrijven en het verlies van een ongeboren kind. Als je geïnteresseerd bent in beide onderwerpen, kunt je post na post lezen. Als je slechts over één van hen wilt lezen, raad ik je aan de juiste categorie te kiezen om de gewenste posts te filteren.
Schrijven: 'Schrijven'
Zwangerschapsverlies: 'Queralt'
Els premis es lliuraran el 18 de novembre i les obres premiades seran publicades per Edicions 64